Belasting­plannen 2026: vastgoed

De woningmarkt blijft een uitdaging. Helpen de fiscale maatregelen om dit op te lossen? Of blijft bouwen minstens zo belangrijk? Met het Belastingplan 2026 verandert in ieder geval het tarief in de overdrachtsbelasting, worden de regels rond de leegwaarderatio aangescherpt en kan investeren in huur- en tweede woningen aantrekkelijker worden. Voor verhuur en logies komen er juist strengere btw-regels. We zetten de belangrijkste wijzigingen voor je op een rij.

Aanpassingen leegwaarderatio

Woningen die niet je eigen woning zijn, worden in box 3 belast op basis van de WOZ-waarde. Verhuur je de woning aan iemand met huurbescherming, dan ligt de verkoopwaarde vaak lager. In dat geval kun je de leegwaarderatio toepassen: een korting op de WOZ-waarde, afhankelijk van de hoogte van de huur. Hierdoor betaal je minder belasting. Een vergelijkbare regeling geldt ook voor de schenk- en erfbelasting bij een verhuurde woning.

Vanaf 2026 mag je de leegwaarderatio niet meer toepassen bij onzakelijk handelende gelieerde partijen, zoals familieleden. Van onzakelijk handelen is sprake als de huurprijs niet marktconform is. Zo voorkomt de wetgever dat met lage huurprijzen een te lage waarde wordt opgevoerd aan bekenden.

Let op!

  • Ga je binnenkort een woning verhuren aan een familielid? Onderbouw dan goed dat je huurprijs zakelijk is en leg dit vast.
  • Twijfel je of de huur marktconform is? Laat dit checken en voer zo nodig aanpassingen door vóór 1 januari 2026.

Daarnaast wordt wettelijk vastgelegd dat als de werkelijke waarde van de verhuurde woning 10% of meer afwijkt van de met de leegwaarderatio berekende waarde, je de werkelijke waarde in de aangifte kunt opnemen. Dit mocht al sinds 2015, maar wordt nu eindelijk in de wet opgenomen.

Nanda Verhoeven
Nanda Verhoeven Senior adviseur kwaliteit & vaktechniek

Herzieningsregeling onroerende zaken aangescherpt

Voor investeringsdiensten vanaf € 30.000 geldt vanaf 2026 een aangescherpte btw-herzieningsregeling. Het gaat bijvoorbeeld om verbouwingen, onderhoud, herstel, vergroting of zelfs sloopwerkzaamheden die samenhangen met onroerend goed.

Deze regeling betekent – grofweg – dat de btw-aftrek op deze investeringen in het jaar van ingebruikname en de vier daaropvolgende jaren gevolgd wordt. Wijzigt in die periode het gebruik (van btw-belast naar btw-vrijgesteld of andersom), dan moet je de eerder afgetrokken btw herzien.

Tip: Neem je investeringsdiensten vóór 1 januari 2026 in gebruik, dan val je nog buiten de regeling. Dat kan voordelig zijn als je anders btw moet terugbetalen. Maar verandert je gebruik van vrijgesteld naar belast, dan kan het juist slim zijn de ingebruikname uit te stellen tot 2026, zodat je meer btw kunt aftrekken.

Meer lezen? Onze btw-specialisten leggen dit uitgebreid uit: BTW-herziening kostbare diensten onroerende zaken

Versoepeling uitzendregeling hypotheekrenteaftrek

Verblijf je tijdelijk in het buitenland vanwege werk, bijvoorbeeld door uitzending of overplaatsing? Dan kun je onder voorwaarden de woning in Nederland blijven aanmerken als eigen woning. Hierdoor blijft je hypotheekrente aftrekbaar. Deze zogenoemde ‘uitzendregeling’ vervalt nu nog als je de woning tijdelijk aan anderen ter beschikking stelt. Dan wordt de woning in box 3 belast, wat vaak duurder is.

Vanaf 2026 wordt de regeling versoepeld: je mag de woning ook ter beschikking stellen aan (achter)kleinkinderen, kinderen, partners of huisgenoten die minimaal twaalf maanden deel uitmaakten van je huishouden vóór vertrek naar het buitenland.

Verlaging overdrachtsbelasting voor niet-hoofdverblijfwoningen

Per 1 januari 2026 gaat het tarief in de overdrachtsbelasting voor woningen die niet als hoofdverblijf worden gebruikt omlaag van 10,4% naar 8%. Dit maakt het aantrekkelijker om te investeren in huurwoningen, tweede woningen en vakantiewoningen.

Tariefstructuur vanaf 2026:

  • 0%: Startersvrijstelling (onder voorwaarden, woningen tot € 555.000)
  • 2%: Voor woningen die je zelf als hoofdverblijf gaat gebruiken
  • 8%: Voor woningen die je niet zelf bewoont (bijvoorbeeld voor belegging, verhuur of recreatie)
  • 10,4%: Voor niet-woningen, zoals bedrijfspanden en kantoren

Tip: Overweeg je een tweede woning of een woning voor verhuur? In 2026 bespaar je 2,4% overdrachtsbelasting ten opzichte van 2025.

Disclaimer: bij de samenstelling van dit artikel is naar uiterste betrouwbaarheid en zorgvuldigheid gestreefd. Onze organisatie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele onjuistheden en de gevolgen hiervan. Let op! Dit document dient slechts te worden gebruikt ter indicatie. Gedurende de parlementaire behandeling kunnen de wetsvoorstellen nog wijzigen.

Whitepaper

Prinsjesdag: dit kan je in 2026 verwachten op fiscaal gebied

Op Prinsjesdag, 16 september 2025, zijn de belastingplannen voor 2026 bekendgemaakt. Welke wijzigingen zijn er op fiscaal gebied? We nemen je mee.

Ben jij goed voor­bereid

op 2026?

Ben jij als ondernemer goed voorbereid op 2026? De nieuwe fiscale regels kunnen grote impact hebben op jouw bedrijf. Wij helpen je graag om de kansen te benutten en verrassingen te voorkomen.