Algemene eindejaarstips

Algemene eindejaarstips waar iedereen wat aan heeft! We zetten 8 eindejaarstips voor je op een rij.
Naar whitepaper
Renate Ekhart
Renate Ekhart Senior adviseur kwaliteit & vaktechniek
Specialist op het gebied van belastingheffing
Niets is zo veranderlijk als de belastingwetgeving, dat maakt het zo uitdagend. Het raakt ons allemaal, zeker omdat de gevolgen ervan impact hebben op de onderneming en privé, die bij ondernemers communicerende vaten zijn. Het moet een beetje ‘in’ je zitten om het leuk te vinden om de ontwikkelingen te blijven volgen, de gevolgen en kansen in kaart te brengen en die op een begrijpelijke manier te delen. En dat geldt zeker voor mij.
Neem contact op

1. Koop nog dit jaar een lijfrente 

De fiscaal aftrekbare bedragen bij aankoop van een lijfrente zijn dit jaar fors verhoogd. Voor degene met een pensioentekort is de fiscale jaarruimte voor de aftrek van lijfrentepremies in 2023 verhoogd naar 30% van het inkomen waarmee je spaart voor je pensioen. De maximale jaarruimte is in 2023 bovendien gestegen van € 15.317 naar € 34.550.

Een andere verruiming is dat je tot vijf jaar na het bereiken van je AOW-leeftijd lijfrentepremies kunt aftrekken. Tot 2023 kon dit tot aan jouw AOW-leeftijd.

Ook kan je in 2023 tot tien jaar terug gebruikmaken van de jaarruimte voor aftrek van lijfrentepremies. Tot 2023 was dit zeven jaar. Heb je de afgelopen tien jaar dus niet de volledige jaarruimte benut voor de aankoop van een lijfrente, dan kan dit alsnog. Ook dit inhaalbedrag is fors verhoogd van € 8.065 naar maximaal € 38.000.

Koop je een lijfrente of stort je een bedrag op je lijfrentespaarrekening of lijfrentebeleggingsrecht, dan creëer je daarmee een extra aftrekpost. Het pensioenopbouwtekort wordt bepaald aan de hand van de jaar- en reserveringsruimte. Je kunt deze ruimte berekenen op de site van de Belastingdienst

Als je voldoet aan de voorwaarden voor aftrek, kan je de premie in 2023 aftrekken tegen maximaal 49,5%. Lijfrentes blijven ook de komende jaren gewoon aftrekbaar tegen het tabeltarief. Als je nu de premie kunt aftrekken tegen 49,5% en zijn de uitkeringen vanwege een daling van je inkomen te zijner tijd belast tegen 36,97%? Dan bedraagt het tariefvoordeel 12,53%-punt.

Let op! De betaalde bedragen zijn alleen aftrekbaar als sprake is van onvoldoende pensioenopbouw.

Tip! Zorg dat je de lijfrentepremies in 2023 betaalt! Alleen dan kan je deze nog in aftrek brengen in je aangifte inkomstenbelasting 2023. Bovendien betaal je minder belasting in box 3 als de onttrokken financiële middelen bestonden uit beleggingen.  

Let op! De betaalde lijfrentepremie vermindert de te betalen belasting, maar niet de te betalen premie Zvw. Over de lijfrente-uitkering betaal je bij ontvangst wel premie Zvw. Dit betekent een dubbele heffing, voor zover je inkomen bij uitbetaling van de lijfrentetermijnen onder de Zvw-premiegrens valt en je nu de Zvw-premiegrens nog niet hebt bereikt. Hierdoor wordt het nettorendement van de lijfrente kleiner.

Bepaalde heffingskortingen zijn inkomensafhankelijk. Zo is je algemene heffingskorting mogelijk hoger door de aftrek van een lijfrentepremie. Boven een inkomen van € 73.031 heeft de lijfrentepremieaftrek in 2023 geen effect meer op de algemene heffingskorting

2. Beleg groen in box 3

Wil jij je box 3-vermogen verlagen, denk dan ook eens aan groene beleggingen. Voor groene beleggingen geldt een vrijstelling in box 3 van maximaal € 65.072 (bedrag 2023). Heb je een fiscale partner, dan bedraagt de vrijstelling voor jou en je partner gezamenlijk zelfs het dubbele (€ 130.144). Ook een minderjarig kind heeft zelfstandig recht op deze vrijstelling. Naast de vrijstelling in box 3 heb je ook nog recht op een heffingskorting van 0,7% van het vrijgestelde bedrag in box 3.

Houd in je achterhoofd dat de vrijstelling vanaf 2024 wordt verlaagd naar € 30.000 (voor partners € 60.000).

In het kader van de tijdelijke box 3-regeling mag je de vrijstelling voor groene spaartegoeden en beleggingen eerst toerekenen aan de groene beleggingen en daarna aan de groene spaartegoeden.

Let op! De vrijstelling geldt niet voor de vermogenstoets in de toeslagen.

3. Overweeg de oprichting van een beleggings-bv

Heb je op dit moment veel laagrenderende overige bezittingen in box 3, overweeg dan of de oprichting van een beleggings-bv raadzaam is om deze overige bezittingen daar vóór 31 december 2023 in te storten. Zo mis je de peildatum van 1 januari 2024 in box 3. In box 3 word je namelijk verondersteld een relatief hoog forfaitair rendement te realiseren, terwijl je in de bv alleen betaalt over de daadwerkelijk ontvangen opbrengsten. Bij een laag rendement zal de belastingdruk in de bv dan veelal lager uitvallen.

Een simpele berekening of je moet kiezen voor een bv of niet is echter niet te maken, omdat dit afhankelijk is van vele factoren, waaronder de hoogte van je werkelijke rendement, de aard van je overige bezitting, de uitkomst van de lopende procedure bij de Hoge Raad over de box 3-heffing over werkelijk rendement, et cetera. Ook is er nieuwe wetgeving voor Box 3 in de maak die mogelijk per 2027 ingaat. De beoordeling of de oprichting van een beleggings-bv nog raadzaam is, is daarom niet eenvoudig. Onze adviseurs kunnen de diverse scenario’s voor je individuele situatie voor je beoordelen en met je bespreken, om zo een keuze te kunnen maken om wel of niet in 2023 nog actie te ondernemen.

Tip! Een beleggings-bv zorgt er ook voor dat de laagrenderende overige bezittingen niet meer meetellen voor de vermogenstoets voor de toeslagen en de vermogenstoets voor de eigen bijdrage bij het verblijf in een verzorgingsinstelling. Voor de omvang van het vermogen wordt daarbij in beginsel uitgegaan van de grootte ervan, zoals dat twee jaren eraan voorafgaand was.

Let op! Per 1 januari 2025 worden fondsen voor gemene rekening fiscaal transparant wanneer ze niet over een AFM-vergunning beschikken én onder toezicht staan van De Nederlandsche Bank (DNB). Denk hierbij onder andere aan de zogeheten familiefondsen (OFGR). Dit houdt in dat de beleggingen die worden gehouden door dergelijke fondsen, direct bij de participanten worden belast in box 3 in plaats van box 2. Het fonds zelf is niet meer belastingplichtig. Voor de (inkomsten)belasting die als gevolg van deze wijziging is verschuldigd, komen er overgangsfaciliteiten.

Let op! Bij een bv en bij een OFGR zijn oprichtingskosten gemoeid en ook kosten voor instandhouding, bijvoorbeeld voor het jaarlijks (laten) maken van een jaarrekening. Bij de bv is tevens, om de laagrenderende overige bezittingen na verloop van tijd belastingvrij naar privé te halen, een gang naar de notaris nodig. Bij de keuze voor de bv- en bij de OFGR-variant is het belangrijk deze kosten af te trekken van de jaarlijkse voordelen om te bepalen of het geheel voor jou aantrekkelijk is.

4. Kijk uit met peildatumarbitrage

Onder het huidige box 3-systeem zijn er drie inkomenscategorieën met elk hun eigen fictieve rendement:

  • Bank- en spaartegoeden: 0,36% (voorlopig)
  • Overige bezittingen: 6,17%
  • Schulden: -2,57% (voorlopig)

De samenstelling van het vermogen – en daarmee de box 3-heffing – wordt eens per jaar, in januari, vastgesteld. Door de verschillende rendementen op de verschillende categorieën is het aanlokkelijk om op de peildatum de samenstelling van het vermogen tijdelijk te wijzigen. Dat wordt peildatumarbitrage genoemd.

Om dat tegen te gaan, is er antimisbruikwetgeving. Die ziet op twee verschillende situaties:

  • Overige bezittingen worden vóór 1 januari omgezet in banktegoeden en na 1 januari weer ingewisseld voor overige bezittingen (hoeft niet exact dezelfde soort bezitting te zijn);
  • Vóór 1 januari wordt een schuld aangegaan, het geld wordt op een bankrekening gezet en na 1 januari wordt de lening daarmee weer afgelost.

Als tussen het heen en weer wisselen minder dan drie maanden verstrijkt, wordt de transactie die heeft plaatsgevonden vóór 1 januari geacht niet te hebben plaatsgevonden. Dit geldt niet als er een zakelijke reden kan worden aangetoond.

Wees daarom bedacht op deze maatregel, want soms kan het onbedoeld plaatsvinden en vervelende consequenties hebben.

5. Houd rekening met vermogenstoets toeslagen

Lagere inkomens hebben vaak recht op een of meer toeslagen. We kennen de zorgtoeslag, de huurtoeslag, de kinderopvangtoeslag en het kindgebonden budget. Voor alle toeslagen, behalve de kinderopvangtoeslag, geldt een zogenaamde vermogenstoets. Dit betekent dat je geen recht hebt op de toeslag als je vermogen te groot is. De toetsingsdatum is 1 januari.

Voor de zorgtoeslag en het kindgebonden budget geldt voor 2023 een toetsingsvermogen van maximaal € 127.582. Heb je een partner, dan geldt een maximum van € 161.329. Voor de huurtoeslag geldt een maximumvermogen van € 33.748 (respectievelijk € 67.496 als je een partner hebt). Voor de huurtoeslag mag ook een medebewoner niet méér dan € 33.748 aan vermogen hebben. De genoemde maxima zullen voor het jaar 2024 iets hoger liggen.

Tip! Heb je een vermogen rond de genoemde maxima én recht op een of meer toeslagen, dan kan het raadzaam zijn je vermogen te verminderen door bijvoorbeeld een deel van je hypotheek af te lossen of een geplande, grotere aankoop naar voren te halen. Ook kan het voor ondernemers raadzaam zijn om binnen de fiscale mogelijkheden minder vermogen uit het bedrijf naar privé over te brengen of juist vermogen in de bv onder te brengen. Hiervoor geldt dezelfde nuancering als die we bij de beleggings-bv maken.  

6. Koop waardevolle zaken voor persoonlijk gebruik nog dit jaar

Alle roerende zaken die je voor persoonlijke doeleinden gebruikt of verbruikt, hoef je niet op te geven in box 3. Bij roerende zaken kan je denken aan inboedel, een auto, boot of caravan, maar bijvoorbeeld ook aan juwelen of een duur horloge. Ben je van plan binnenkort een dure aankoop te doen, dan kan dit een belastingbesparing opleveren in box 3. Dit is vooral het geval als de onttrokken financiële middelen bestonden uit beleggingen.

Let op! Zorg in dat geval dat je deze aanschaf uiterlijk 31 december 2023 hebt gedaan en betaald.

7. Voorkom dat heffingskortingen verloren gaan

Heeft je partner geen of onvoldoende eigen inkomsten, maar beschik je samen met je partner over belastbaar vermogen, dan kan je hiermee het verlies aan heffingskortingen (deels) voorkomen. Je doet dit door in de aangifte het vermogen geheel of gedeeltelijk aan de partner zonder of met weinig eigen inkomsten toe te rekenen. Dit vermogen wordt namelijk belast in box 3, zodat je partner toch over inkomsten beschikt. De heffingskortingen verminderen dan de belasting die wordt berekend over de box 3-inkomsten.

Sinds 2023 krijgt een belastingplichtige met weinig inkomen de algemene heffingskorting, de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting namelijk niet meer gedeeltelijk uitbetaald, ook niet als de fiscale partner voldoende belasting betaalt. Degenen die vóór 1 januari 1963 geboren zijn, hebben nog wel recht op uitbetaling van de algemene heffingskorting, mits de partner voldoende belasting betaalt. Voor die groep geldt echter ook dat geen recht bestaat op uitbetaling van de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting.

8. Cluster je zorgkosten

Zorgkosten zijn onder voorwaarden aftrekbaar. Er geldt wel een drempel, die afhankelijk is van de hoogte van je inkomen. Hoe hoger je inkomen, hoe hoger de drempel. Alleen zorgkosten die boven de drempel uitstijgen, zijn aftrekbaar.

Het is daarom aantrekkelijk zorgkosten zo mogelijk binnen een jaar te clusteren. Koop je bijvoorbeeld in 2023 een nieuw gehoorapparaat en laat je in 2024 je gebit renoveren? Dan heb je in beide jaren te maken met de drempel. Dit levert meestal minder aftrek op dan wanneer je beide uitgaven in één jaar doet. Het betalingsmoment is beslissend voor het jaar van aftrek.

Heb je nog vragen over de eindejaarstips? Neem gerust contact op.

Disclaimer! Bij de samenstelling van de Eindejaarstips 2023 is naar uiterste betrouwbaarheid en zorgvuldigheid gestreefd. Onze organisatie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele onjuistheden en de gevolgen hiervan.

Whitepaper

De eindejaarstips voor 2023 op een rij

In deze whitepaper vind je concrete fiscale eindejaarstips en kom je te weten wat je te wachten staat in het komende jaar. Daarbij is zoveel mogelijk rekening gehouden met de plannen van het (demissionaire) kabinet voor volgend jaar.